zondag 19 november 2017

Vladimir Nabokov – Wanhoop

Nabokov schreef ‘Wanhoop’ in 1932 in Berlijn. Het verhaal verscheen in 1934 in een Russisch emigrantentijdschrift en werd in 1936 in boekvorm uitgebracht. Een jaar later vertaalde Nabokov het in het Engels. De meeste exemplaren van deze uitgave gingen verloren door een Duitse bom. In 1965 verscheen ‘Wanhoop’ opnieuw in het Engels. De Nederlandse vertaling van Anneke Brassinga is uit 1991.


Het spannende verhaal van ‘Wanhoop’ is vrij simpel, bijna clichématig. Leuk is dat Nabokov dit in het boek zelf al laat zeggen door iemand. De hoofdpersoon van waaruit het hele verhaal wordt verteld is Hermann, een Duitser van Russische afkomst. Op een reis ontmoet hij een landloper, die sprekend op hem lijkt. Op basis hiervan beraamt hij een plan voor de perfecte moord. Over de details laat hij lange tijd niets los. Op de flaptekst las ik later waar het om ging. Goed dat ik dat niet vooraf las.

Hoewel de roman wereldberoemd is zal ik over het plan van Hermann weinig loslaten. Het draait in ieder geval om de persoonsverwisseling. Hermann denkt alles minutieus uit. Zijn spinsels hebben iets maniakaals en solipsistisch. De mensen om hem heen, vooral zijn simpele vrouw, die hij keer op keer vernederd, zijn slechts pionnen in zijn schaakspel. In al dit streven naar perfectie ziet hij één groot ding over het hoofd. Nabokov werkt hier feilloos naar toe. Je vermoedt al snel waar het om draait, maar dat neemt zeker niet de spanning weg.

Nabokov bewandelt allerlei zijpaden in het boek. Hij reflecteert op het boek zelf. Hij geeft bijvoorbeeld de lezer uitleg welke openingszin van een hoofdstuk welk effect kan hebben. Hij parodieert hiermee andere schrijvers en geeft meningen over literatuurwetenschap. De uitweidingen zijn soms boeiend, maar leiden soms ook af van het verhaal.

Met het thema van de dubbelganger brengt hij de lezer geregeld in verwarring over wie er aan het woord is. Ook Hermann draagt bij aan dit gevoel door plotseling het verhaal te onderbreken voor een ander verhaal. “Ik verontschuldig me voor de vlekkerige wirwar van mijn relaas, maar nogmaals, niet ik schrijf dit maar mijn geheugen, dat zijn eigen grillen en regels heeft.”


Alle Nabokoviaanse elementen zijn aanwezig in ‘Wanhoop’: spanning, relativering, humor, uitweidingen en de verschillende lagen in het verhaal. Toch vind ik het een van zijn mindere boeken. ‘Ada’, ‘De verdediging’, ‘Heer, vrouw, boer’, om er maar een paar te noemen las ik met veel meer plezier uit.

Geen opmerkingen: