vrijdag 27 september 2013

W.F. Hermans – De God Denkbaar Denkbaar De God (luisterboek)


De God Denkbaar, Denkbaar de God is een tamelijk belachelijk boek. Ik had al jaren de luisterversie klaarliggen. Voorgedragen door Hermans is dit boek nog iets idioter. Hij leest snel en een beetje hysterisch. Hoofdpersoon is Denkbaar, hij is op zoek naar geheime boodschappen, vindt deze niet. 



Deze Messias heeft uiteraard volgelingen, zoals professor Monique Santioga, een onovertroffen cryptografe, Mirabella Blom en hoofdagent Kassaar. De laatste hield een geheim dagboek bij waarin hij, opgesloten in zijn kamer, elke handeling noteerde. Zijn eten fotografeerde hij voordat hij het opat. Op een dag had hij geen fotofilmpjes meer, moest naar de winkel, maar kon dit niet. Hij zou nl. zoveel indrukken opdoen dat het hem nooit meer zou lukken het dagboek te voltooien. Hij stopt dus maar met zijn dagboek. Een andere volgeling is O. Dapper Dapper, een visserszoon uit Zoetermeer, een vrolijke Volendammer.

De God Denkbaar, Denkbaar de God is onleesbaar. Veel zinnen en woorden worden herhaald, waarmee het boek een muzikaal effect krijgt. Stukken tekst zouden kunnen dienen als libretto bij een modern muziekstuk. Wanneer ik ernaar luisterde verslapte steeds mijn aandacht, maar de herhalingen bleven hangen, zoals: “ de kleine werkbank, zo praktisch voor de knutselaar” of “een gietijzeren  geoorde schelp, een pecten kleiner dan een sintjacobsschelp” of “Denkbaar was hij en god is Denkbaar, want Denkbaar is god.”  Het lijkt wartaal en dat is het ook.

De God Denkbaar spreekt de massa’s toe. Wat hij te vertellen heeft is onbegrijpelijk, maar de volgelingen houden van hem. Aan het eind van het verhaal sterft Denkbaar, oftewel hij verdwijnt zonder een boodschap achter te laten. O. Dapper Dapper volgt hem geloof ik op. Dat zal te lezen zijn in een ander boek van Hermans, “Het evangelie van O. Dapper Dapper”. Ik laat het maar even in de kast staan.

Zelf las Hermans graag voor uit De God Denkbaar Denkbaar De God. Het boek is uit 1956. Later in een interview vergeleek Hermans de structuur ervan met die van een videoclip. Hij raadde mensen die het zelf wilde lezen aan om er Stockhausen bij te luisteren, met name Gesang der Jünglinge, toevallig ook uit 1956.
In datzelfde interview uit 1995 overweegt hij een derde deel te schrijven waarin fanatieke volgelingen een vliegtuig kapen en dat boven New York laten ontploffen.

Geen opmerkingen: